DAG Visie: Naar een verantwoord en duurzaam internationaliseringsbeleid

Het internationaliseringsbeleid van de RUG kent structurele problemen die studenten en staf ervan weerhouden deel uit te maken van een werkelijk internationale universiteit. Op het moment internationaliseert de RUG slechts uit winstoogmerk. Lees hieronder onze analyse en idealen.

Analyse
Een van de hoofddoelen van de RUG als neoliberale universiteit is het massaal aantrekken van meer (internationaal) leergeld. Het aansporen van buitenlandse studenten om in Groningen te komen studeren is in beginsel geen probleem, maar het wordt wel een probleem wanneer de meerwaarde van deze studenten gelijkgesteld wordt aan de hoeveelheid geld die ze in het laatje brengen.

Het grootste deel van de colleges die gegeven worden aan de Rijksuniversiteit Groningen zijn in het Engels, wat belangrijk is voor een universiteit die voor iedereen is. Er zijn echter vakken en studierichtingen die bedoeld zijn om in het Nederlands gegeven te worden. De kwaliteit van deze vakken en studierichtingen wordt ondermijnd wanneer deze in het Engels gedoceerd worden.

De ‘internationale universiteit’ is het paradepaardje van veel universiteiten: de RUG is hier geen uitzondering op. Deze term staat in werkelijkheid echter eerder voor een geglobaliseerde universiteit. Het verschil hierin ligt niet slechts in de terminologie: ‘geglobaliseerd’ impliceert homogeniteit terwijl een internationale universiteit juist diversiteit aanspoort. Hiermee ontstaat het risico op een cultureel homogene universiteit: studenten worden blootgesteld aan slechts één denkwijze, in plaats van vele. Tegelijkertijd worden onze onderzoekers gedwongen om in internationale, Engelstalige bladen te publiceren, aangezien slechts deze ‘peer reviewed journals’ internationale waardering kunnen opleveren. Dit zorgt ervoor dat een lokale publicatie onmogelijk is, terwijl in veel gevallen het publiceren van onderzoek in bijvoorbeeld een Nederlands tijdschrift meer bij een onderzoek past.

Ook neemt de RUG te weinig verantwoordelijkheid voor het huisvesten van haar internationale studenten. Terwijl de huizenmarkt meer dan verzadigd is wast de RUG haar handen in onschuld door slechts huisvesting voor de korte termijn en op kleine schaal aan te bieden via SSH. Zo worden internationale studenten gedwongen te veel te betalen voor een ondermaatse kamer. Ook hier gaat het de universiteit slechts om de hoeveelheid winst die ze uit elke internationale student kunnen halen.

Het verschil in hoe Nederlandse en buitenlandse studenten behandeld worden is problematisch, zeker wanneer het op integratie binnen de gemeenschap aankomt. De buitenlandse student wordt niet gezien als een natuurlijk onderdeel van de academische gemeenschap. In plaats daarvan wordt zij gemarginaliseerd en weggezet, waardoor werkelijke integratie onmogelijk is.

Ideaal

DAG gelooft sterk in een echte internationale universiteit, waar het woord ‘internationalisering’ een serieuze inhoud heeft. In zo’n universiteit mag internationalisering niet slechts een middel zijn om  op te klimmen in universitaire rankings, of om meer collegegeld in te winnen. Belangrijke kenmerken van zo’n instituut zijn openheid voor diversiteit van ideeën en aandacht voor culturele verschillen.

De onderwijstaal zou voor elke studie individueel, door de betrokkenen, bepaald moeten worden, rekening houdende met het feit dat sommige stof zich beter voor de ene of de andere taal leent. De kwantitatief gemeten verplichting op Engelstalige publicaties moet weg, want academici verdienen zelf zeggenschap over welke taal en tijdschrift hen het beste lijkt. Het prestige van de Britse en Amerikaanse tijdschriften waar nu op wordt ingezet moet nooit meer zijn dan een middel en andere talen niet verdrukken. Er zijn veel waardevolle debatten in andere talen en ook de waarde van het Nederlands in ons eigen publieke debat moet niet onderschat worden; de universiteit is er niet alleen voor een rijke Engelssprekende elite.

Ten slotte moet de RUG meer verantwoordelijkheid nemen voor de integratie van internationale studenten in onze stad; zowel als het aankomt op hun huisvesting als op hun democratische inspraak. Het is nodig de ‘internationale bubbel’ door te prikken zodat alle studenten bij kunnen dragen aan een diverse academische omgeving.

Kortom: de universiteit heeft geen internationale concurrentie nodig, maar internationale samenwerking. Ze moet niet blindelings meegaan in een de huidige trend van globalisering ten bate van een kleine groep, maar de wetenschap en haar studenten te laten bijdragen aan een betere wereld.